Arne Bezuijen – SAGANET Award winnaar 2013

Arne Bezuijen is spelontwikkelaar. Samen met Bas van Nuland richtte hij in 2011 The Barn op, waar bedrijven kunnen aankloppen voor een serious game op maat. Of voor TeamUp, een game voor teamworktrainingen waarmee Arne al sinds zijn opleiding in de weer is. Voor de afstudeerscriptie die hij over de ontwikkeling van TeamUp schreef voor zijn masterstudie Design for Interaction aan de TU Delft ontving hij de Saganet Award 2013.

Arne Bezuijen houdt zich al een jaar of tien serieus met serious games bezig. Zijn liefde voor games en computergraphics ontstond al lang daarvoor. Een ouwe rot over teamwork, de Nederlandse dijken en zijn Saganet Award.

Je hebt de Saganet Award 2013 gewonnen voor TeamUp. Wat is dat precies?

“Om mensen effectief met elkaar te laten samenwerken, moeten zij zich bewust worden van hun eigen en elkaars teamworkvaardigheden, zoals leiding nemen en geven, communiceren, overleggen, en knopen doorhakken. Daarover gaat TeamUp. Om TeamUp te spelen, nemen vier spelers plaats achter een laptop. Zij zien elkaars scherm niet, maar kunnen elkaar wel aankijken. Hun schermen tonen dezelfde wereld: een tropisch eiland.”

Wacht even. Een tropisch eiland? Dat klinkt niet erg serieus.

“Klopt. Toch hebben we heel goed over deze omgeving nagedacht. Omdat een tropisch eiland in de verste verte niet op een kantoor lijkt, kunnen de spelers niet blind varen op hun dagelijkse routines. Het eiland prikkelt om het anders te doen.”

Heel serieus dus. Ga door.

“De spelers krijgen opdrachten. Als team. Soms krijgt een van de deelnemers iets meer informatie dan de andere drie. Of krijgt iemand de leiding opgelegd. De andere keer is het de bedoeling dat er uit zichzelf een leider opstaat. Hoe gaat de spelers daarmee om? Hoe reageren zij op de uitdagingen? Hoe verdelen zij de taken? Hoe communiceren zij met elkaar? Hoe komen besluiten tot stand? Wat gaat goed? Welke fouten maken ze en hoe hadden ze deze kunnen voorkomen? De workshoptrainer die na afloop feedback geeft, neemt het allemaal met de spelers door. Zo levert TeamUp een schat aan kennis en kunde.

Was je altijd al in games geïnteresseerd?

Gaming en computergraphics vond ik al lang voor mijn studie super interessant. Maar toen ik ging studeren, was er nog geen gespecialiseerde opleiding in die richting. Ik heb gekozen voor Industrial Design en de master Design for Interaction, vanwege de combinatie van techniek en de artistieke vorm. Met serious gaming ben ik me voor het eerst echt gaan bezighouden bij Deltares, een kennisinstituut op het gebied van water, ondergrond en infrastructuur waar ik tijdens mijn studie werkte.”

Water, ondergrond, infrastructuur en serious gaming… Leg eens uit.

“Een waterschap vroeg Deltares een game te ontwikkelen voor dijkwachten. Dijkwachten bewaken de conditie van de dijken en moeten ingrijpen bij dijkfalen, zoals een scheur of verzakking. Zij weten precies welke soorten falen zich kunnen voordoen en hoe bijvoorbeeld een scheur zich ontwikkelt, maar: het komt niet vaak voor. Om ze toch de nodige ervaring op te laten doen, wilde het waterschap de dijkwachten trainen in een virtuele omgeving.

Wat heb je gemaakt?

“Het waterschap wilde dat we de dijken in haar werkgebied exact in kaart zouden brengen. Maar wat krijg je dan: een virtuele omgeving waarin kilometers lang niets te doen is. Waar dijk na dijk na dijk geen problemen vertoont. De game die we uiteindelijk gemaakt hebben, bevat juist alle denkbare soorten falen in een gebied van beperkte omvang. We hebben dus een fictieve omgeving ontworpen waar de dijkwachten veel kennis en ervaring kunnen opdoen. Een promovendus die de effectiviteit van deze game later onderzocht heeft, concludeerde dat de dijkwachten na het spelen van onze game beter zijn opgeleid en ook na een half jaar nog over meer kennis beschikken dan dijkwachten die op de klassieke manier getraind zijn. De meerwaarde van serious gaming kan heel groot zijn. Je leert sneller en doelgerichter omdat je er middenin zit.”

Een serious game hoeft dus geen exacte kopie van de werkelijkheid te zijn?

“In het geval van de dijkwachten niet, maar de game die we met de TU Delft voor Shell ontwikkeld hebben, moest dat wel zijn. Shell wilde een prototype laten maken van een game voor veiligheidstrainingen. De exacte toepassing van procedures en protocollen zijn daarin van het grootste belang; we moesten de omgeving en context dan ook zeer nauwkeurig in de game opnemen. Dus hebben we om te beginnen heel veel foto’s gemaakt, met heel veel mensen gepraat en honderden vragen voorgelegd aan de experts in het bedrijf. Dat vind ik zo leuk aan dit vak: je duikt telkens in een nieuwe wereld.”

Voor je scriptie over de ontwikkeling van TeamUp heb je de Saganet Award gekregen.

“Een van mijn begeleiders had me ervoor opgegeven, heel leuk. Met het prijzengeld ben ik naar een congres in San Francisco gegaan; zonder die financiële bijdrage was dat een te dure aangelegenheid geweest. Het is mooi om over de grens te kijken hoe serious gaming er leeft. Dat verschilt nogal per land. Nederland is ver, net als veel andere West-Europese landen. Maar in China, waar ik onlangs gevraagd was om voorbeelden te laten zien van de vele mogelijkheden van simulatie en gaming, staat het nog in de kinderschoenen. De aandacht ervoor begint vaak bij universiteiten, waar studenten en onderzoekers van alles ontwikkelen. Vervolgens zien bedrijven de meerwaarde en gaat het balletje rollen. Het rolt nog wel een tijdje door, we zijn er nog lang niet. Gelukkig maar, want we hebben nog zo veel plannen met ons eigen bedrijf The Barn.”

Zoals?

“We willen TeamUp verder uitbouwen als commercieel product, zodat we het aan meer partijen kunnen aanbieden. De omzet die we daarmee genereren, hebben we nodig om nieuwe games te ontwikkelen. Tegelijkertijd blijven we de klassiekere serious games maken: spellen voor één specifieke klant gericht op één specifiek doel. Dat proces is makkelijker en voorspelbaarder. Een game als TeamUp vergt veel meer investering, zowel in tijd als in geld. Voor jonge ondernemers als wij is dat best risicovol. Maar wel te gek!”

tekst: Jolanda van den Braak